Terugblik op het kamerdebat

Met voldoening kijken we terug op het Kamerdebat over burgerinitiatief ‘Ons Geld’. Een aantal Kamerleden bleek het belang van geldhervorming goed te begrijpen, en liet dat merken. Ook minister Dijsselbloem toonde zich opvallend welwillend.

Het Kamerdebat is terug te zien op ons Youtube-kanaal en na te lezen via de website van de Tweede Kamer. De publieke tribune zat vol. Dat deed ons goed!

Aangevangen werd met een toespraak van George van Houts, die de Kamer opriep om de hervorming van ons geldstelsel in te luiden. Zolang de geldmacht in private handen is hebben wij een schijndemocratie, zo liet hij de Tweede Kamer weten.

Daarna volgende meerdere Kamerleden die Ons Geld ondubbelzinnig ondersteunden. Vooral kamerlid Wassenberg (PvdD) sprong eruit met een helder en ondersteunend betoog . Minister Dijsselbloem erkende dat Ons Geld de kern heeft geraakt, en betoonde zich bereid onze voorstellen nader te gaan onderzoeken.

Tegenwerpingen

Maar niet alles was positief. Hoe groter de partij, hoe meer afstand men nam tot Ons Geld. Het dieptepunt kwam van Kamerlid Harbers (VVD). Die wekte de indruk de initiatieftekst niet eens te hebben gelezen. Hij maakte bezwaren die met Ons Geld niets van doen hebben. Zo beweerde Harbers dat Ons Geld kredietverlening zou willen weghalen bij commerciële banken en dat het publiek vervolgens bij de overheid zou moeten gaan lenen. Voor alle duidelijkheid: Ons Geld meent dat kredietverlening een private aangelegenheid is, en geldschepping een publieke. Ons Geld zoekt de ontvlechting van deze beide, opdat het publiek niet wordt belast met de risico’s die het bankwezen aangaat, en de geldhoeveelheid transparant en maatschappelijk verantwoord kan worden beheerd.

Andere Kamerleden namen hun toevlucht tot merkwaardige hersenkronkels om de onhoudbaarheid van ons huidige geldstelsel maar niet te hoeven adresseren. Zo wil Wouter Koolmees (D66) de macht tot geldschepping juist zoveel mogelijk spreiden. Iedereen zijn eigen geldpers, zo lijkt zijn visie. Koolmees denkt dat te bereiken door meer concurrentie. Dat zegt hij terwijl we een oligopolie hebben van 4 banken in Nederland, en de Europese Bankenunie is ingericht op verdere consolidatie. Koolmees betoont zich liever naïef, dan dat hij de monetaire problematiek onder ogen wil zien.

13 Moties

Tijdens het Kamerdebat werden 13 moties ingediend. Eén daarvan is intussen unaniem aangenomen. Dit betreft ons voorstel om een risicoloze bankrekening mogelijk te gaan maken. Wie zijn geld ‘op de bank zet’, leent dat geld uit aan de bank, die er vervolgens risicovolle dingen mee doet. Ons voorstel was om een type bankrekening te creëren dat vrij is van risico, waarbij spaargeld dus niet wordt uitgeleend, maar in bewaring wordt gegeven. Alle Kamerleden blijken daarvoor te voelen.

Belangrijker zijn echter de moties die moeten zorgen dat geldschepping op de Kameragenda blijft. Het gaat daarbij om nader onderzoek naar hetgeen wij naar voren hebben gebracht. Daarover wordt nu achter de schermen onderhandeld. Wij verwachten dat er een breed gedragen voorstel zal komen, dat het onderwerp neerlegt bij de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid.

De media

De pers was opvallend afwezig. Al onze persberichten en opinie-artikelen ten spijt, kozen de landelijke kranten ervoor Ons Geld te negeren. Wie iets over het Kamerdebat wilde vernemen moest te rade bij alternatieve media, zoals Follow The Money, WeAreChange en De Wereld Morgen. Ook na het debat bleef het stil in de kranten. Zover wij weten berichtte alleen het Financiële Dagblad erover.

Veel waardering hadden we voor een artikel op The Post Online , waarin een journalist nu eens probeert ons standpunt helder uiteen te zetten, zonder het onheus te ridiculiseren. Daar zouden de grote kranten een voorbeeld aan mogen nemen.

Tot slot

Al met al kijken we met tevredenheid terug. Er is een belangrijke stap gezet. We hebben Kamerleden en zelfs minister Dijsselbloem aan het denken gezet, en de kans is groot dat het daar niet bij blijft.

We willen u daarbij bedanken voor uw inzet om kamerleden te emailen en te betwitteren. Dat heeft ongebruikelijke indruk gemaakt. Het zou helpen als u dit blijft doen.

Het is nu zaak om vinger aan de pols te houden. Gaat er nader onderzoek komen, hoe gaat de onderzoeksopdracht luiden en wie worden erbij betrokken? Wij houden u op de hoogte!